Met een klein druppeltje bloed uit je vinger kun je meten hoeveel glucose erin je bloed zit. Daarvoor gebruik je een prikpen, teststrips en een bloedglucosemeter.
Je wast je handen. Daarna schuif je een teststrip in de bloedglucosemeter en je plaatst een nieuwe lancet (naaldje) in de prikpen. Met de prikpen prik je een gaatje in de zijkant van je vingertop. Er komt dan een druppeltje bloed uit. Dat houd je tegen de teststrip aan. Na enkele seconden zie je in het scherm van de meter hoeveel glucose er op dat moment in je bloed zit.
Bekijk ook Hoe prik je zelf je bloedglucosewaarde op diabetes.nl
Het nadeel van meten met een bloedglucosemeter is dat je elke keer een losse meting doet. En dit 4 of 5 keer per dag. Voor veel mensen met diabetes en ook zeker voor kinderen is dit geen fijn moment. Ook kunnen je vingertoppen er ongevoelig of juist pijnlijk van worden. De glucosemeting geeft daarnaast ook alleen maar informatie over de glucosewaarde op dat moment. Niet over of je glucose aan het stijgen is of dalen. Of hoe het een paar uur geleden zat.
Rond 2008 is er in Nederland een nieuwe manier voor meten van de glucosewaarde bijgekomen. Meten met een glucosesensor die je meestal draagt op je arm, buik of bil.
Een glucosesensor haalt de waarden van de glucose automatisch elke paar minuten uit je weefselvocht. Je kunt dus de waardes zien zonder dat je er elke keer voor in je vinger hoeft te prikken. En je ziet de glucosewaarde van een hele dag of een langere periode. Je weet wanneer je waardes stijgen of dalen. Je kunt daar dan gelijk iets aan doen, zoals insuline toedienen, extra bewegen of bijvoorbeeld wat eten.
Ik ben nogal een gewoontemens,
dus ik blijf nog even bij mijn bloedglucosemeterAns, 63 jaar
Als je insuline gebruikt, kom je in aanmerking voor vergoeding van een bloedglucosemeter, een prikpen en teststrips.
Kom je niet in aanmerking voor vergoeding dan kun je ervoor kiezen zelf een bloedglucosemeter aan te schaffen. De bloedglucosemeter is niet heel duur. De teststrips die je er voor moet gebruiken zijn wel wat prijziger omdat je die steeds opnieuw moet aanschaffen.
Jij bepaalt samen met je zorgverlener, welke bloedglucosemeter het beste bij jou past. En dus niet de leverancier, zorgverzekeraar of apotheek.
Er zijn veel soorten meters op de markt. Alle goedgekeurde bloedglucosemeters zijn goede meters. De verschillen zitten in vooral in de grootte van het apparaat of het scherm, het geheugen en de soort teststrips die erbij horen. Kortom: het kiezen van een bloedglucosemeter is maatwerk.
Heb je diabetes type 1, of diabetes type 2 én gebruik je insuline dan krijg je de bloedglucosemeter en de prikpen vergoed vanuit de basisverzekering. Onderdelen zoals de oplader voor de bloedglucosemeter en de lancetten (naaldjes voor in de prikpen) krijg je erbij. Voor de teststrips en lancetten is er een maximale vergoeding vastgesteld, zie hieronder. Batterijen voor de bloedglucosemeter betaal je zelf.
Nieuws over behandelingen, vergoeding, eigen risico, Den Haag, nieuwe onderzoeken en nieuwe technologie. Je leest het hier!
Heb je diabetes type 2, dan krijg je de teststrips alleen vergoed als je ook insuline gebruikt. Gebruik je geen insuline, dan krijg je bij diabetes type 2 geen teststrips vergoed.
Er is een verschil in vergoeding, afhankelijk van het aantal keer per dag dat je insuline spuit:
We horen vaak dat het aantal teststrips dat maximaal vergoed wordt niet voldoende is. Bespreek dat met je zorgverlener. Die kan bij de leverancier of apotheek aangeven dat je meer teststrips nodig hebt en waarom. Je zorgverzekeraar is verplicht je passende zorg te (laten) bieden, waarbij de verzekeraar zelf mag bepalen wat ‘passend’ is.
Heb je vragen over de bloedglucosemeter of kom je er niet uit met je zorgverlener? Neem dan contact met ons op voor advies of hulp.
Voluit leven met diabetes. Dat is waar Diabetesvereniging Nederland voor staat. Samen zetten we ons in voor goede zorg en een beter leven voor alle mensen met diabetes.